Home » Nieuws » IJsheiligen bepalen nachtvorst in mei
IJsheiligen

IJsheiligen bepalen nachtvorst in mei

De afgelopen nachten werd er op bepaalde plekken in het land temperaturen verwacht van rond het vriespunt. Voor boeren is dit een verschrikking voor hun gewassen. In april en mei is het niet meer zo gebruikelijk dat er nachtvorst optreedt. Toch ligt de datum van de laatste kans op vorst pas in mei, met de IJsheiligen. Deze dagen zijn vernoemd naar katholieke heiligen waarvan de naamdagen vallen op 11 tot en met 15 mei.

Tekst: Debbie Nijssen

Het begrip IJsheiligen

Het begrip IJsheiligen is een van de oudste begrippen uit de volksweerkunde. De IJsheiligen danken hun naam aan het gevaar van koud voorjaarsweer voor de landbouwgewassen. De nachtvorst kan grote schade aanrichten aan de net geplante gewassen. Tot de IJsheiligen worden de volgende heiligen gerekend: Mamertus (11 mei), Pancratius (12 mei), Servatius van Maastricht (13 mei), Bonifatius van Tarsus (14 mei) en Sophia van Rome (15 mei). Hun naamdagen, de dag waarop ze worden aanbeden, vallen op de dagen van de laatste kans op vorst.  Al deze heiligen leefden  omstreeks de eerste vijf eeuwen na Christus. Servatius van Maastricht is vooral bekend van de Sint-Servaas kerk in Maastricht. Overigens is Bonifatius van Tarsus niet de beroemde Bonifatius die in Dokkum werd vermoord, maar een slachtoffer van de christenvervolgingen in het Romeinse rijk.

Onderzoek naar IJsheiligen

De eerste berichten over deze heiligen dateren van rond het jaar 1000. In 1655 zouden leerlingen van Galileo Galilei het weer hebben gemeten en bijgehouden. Zij herkenden een daling in temperatuur tijdens de dagen van de IJsheiligen. Sommige dachten dat asteroïden een deel van de zon blokkeerden waardoor het kouder werd op aarde. In 1902 gebruikte de president van het Royal Meteorological Society, William Dines, moderne technieken om te bewijzen dat de IJsheiligen een mythe waren. Ook na de IJsheiligen kan nog vorst voorkomen. In Nederland hadden we in 2013 nog nachtvorst in de nacht van 25 op 26 juni. De IJsheiligen zijn dus niet altijd kloppend maar markeren meestal wel de overgang naar een periode met een meer zomers karakter.

Sophia van Rome

In de meeste landen worden drie van deze vijf IJsheiligen erkend. In Nederland tellen we alleen 11 tot en met 14 mei mee. Dat zijn de gebruikelijkste heiligen maar dit verschilt per land in Europa. In Duitsland, Hongarije en Zwitserland werd in het verleden ook weleens Sophia van Rome op 15 mei meegerekend. Dit gebruik dateert uit de 11de eeuw toen zij beschermvrouwe was tegen de nachtvorst in de Alpen. Ze wordt daarom ook wel ‘koude Sophie’ genoemd. Nog steeds steken wijnboeren in de Alpen, zoals in het Zwitserse Boltshausen, fakkels aan tijdens de IJsheiligen om de gewassen te beschermen tegen de kou. De jonge wijnranken raken door de kou dusdanig beschadigd dat de gehele wijnoogst vernietigd kan worden. Met de fakkels wordt geprobeerd de warmte te geven aan de gewassen.

 

Dit artikel verscheen ook op IsGeschiedenis.nl.

Op de website van het KNMI kun je in grafieken zien hoe de laatste vorstdagen zijn verschoven door de jaren heen.